De naam "Hacht" werd voor het eerst gebruikt in een document uit de eerste helft van de 12e eeuw. Hach, wat haag betekent, wordt gecombineerd met het verzamelende -t. Hacht zou dus een plaats geweest zijn waar hagen groeiden. Een ander argument voor deze naamverklaring is dat als Haacht in het dialect van de wijde regio wordt uitgesproken, namelijk "Hoght", krijgt men het dialect woord voor haag.
Haacht ontstond langsheen de oude verbindingsweg tussen Leuven en Lier. De voorgeschiedenis is redelijk goed gedocumenteerd. Enkele silexstenen nabij het Kruineikeveld en de Keiberg wijzen op menselijke activiteit tijdens de steentijd. Er werd vastgesteld dat er 1500 jaar vóór Christus op systematische wijze graangewassen werden geteeld en archeologische vondsten getuigen van bewoning tijdens de eerste eeuwen na Christus. Ook zijn er aanwijzingen voor een Romeinse nederzetting of villa op het grondgebied van Tildonk.
Sinds de fusie van 1977 bestaat de gemeente Haacht uit de deelgemeenten Haacht, Wespelaar, Tildonk, Wakkerzeel in Kelfs. Haacht is al veel langer de hoofdplaats van het gelijknamige kanton dat via het arrondissement Leuven tot de provincie Vlaams-Brabant behoort.
Haacht
De voorgeschiedenis van Haacht, die we kennen uit ongeschreven bronnen, is redelijk goed gedocumenteerd. Zo blijkt uit pollenonderzoek dat waar nu de Scharent ligt, reeds 1500 jaar vóór Christus op systematische wijze graangewassen werden geteeld. In het westen van de gemeente, nabij de Hooiberg, wijst de vondst van twee weefgewichten in de richting van bewoning nog vóór de jaartelling. Een paar scherven uit de Gallo-Romeinse periode, die men vond ten zuidwesten van de Hansbrug, zijn de summiere getuigen van een woonactiviteit tijdens de eerste eeuwen na Christus.
Tildonk
Enkele silexstenen nabij het Kruineikeveld en de Keiberg wijzen op menselijke activiteit tijdens de steentijd. Volgens recente archeologische inzichten zijn er aanwijzingen voor een Romeinse nederzetting of villa op het grondgebied van Tildonk, meer bepaald tussen Hambos en Kelfs. De geschiedenis van het dorp begint in 1107 met de vermelding van Reinerus de Thieldunck (bosnaam: tuil = bos, donk = verhevenheid). Net als Haacht ontstond Tildonk langsheen de oude verbindingsweg tussen Leuven en Lier.
Wespelaar
Op de plaats van de huidige Leibeek, die nu nog steeds de grens met Haacht vormt, stroomde tot ongeveer 700 jaar vóór Christus de Dijle. Zo wordt duidelijk waarom de Leibeek bij de vorming van de bisdommen in de zesde eeuw na Christus nog steeds als grens genomen werd. Dit is de reden waarom Wespelaar en Tildonk bij Kamerijk kwamen, terwijl Haacht en Werchter bij Luik werden gevoegd. Wespelaar wordt voor het eerst vermeld in 1154 als 'Wispelaer', opnieuw een bosnaam (wisp = weidebeek, laar = open plek in een bos).
Wakkerzeel
In 1157 wordt het dorp voor het eerst vermeld als 'Wackersele' (het woonhuis van Frank Wakker). Zowel kerkelijk als burgerlijk sluit de geschiedenis van Wakkerzeel nauw aan bij die van Haacht (en Werchter). Precies op de plaats waar nu de pastorij staat, woonde tijdens de dertiende eeuw de familie de Wackersele. De familie Van Wakkerzeel was niet opgeklommen tot de adel (in tegenstelling tot de familie Van Wespelaar), noch waren ze ridders (zoals de families van Tildonk en van Roost); het waren herenboeren wiens bezittingen tijdens de dertiende eeuw vrij snel onder controle kwamen van de naburige heren van Rotselaar.