Sinds kort is het in Haacht mogelijk om geveltuintjes aan te leggen. Op die manier willen we niet alleen werken aan een natuurvriendelijke gemeente, maar dankzij de bijhorende ontharding ook aan een klimaatbestendige! Het volledige reglement, met alle voorwaarden, is te lezen onderaan deze pagina. Hier geven we je tips wanneer je zelf aan een geveltuin wil beginnen.
Tips voor de aanplanting
- Klimhulp: Heeft een plant een klimhulp nodig (bv. een metalen kabeltje of raamwerk), monteer dan eerst de klimhulp stevig aan de muur. Een klimplant kan na verloop van tijd immers doorwegen. Laat ongeveer vijf centimeter tussen de klimhulp en de muur zodat de klimplant ook achter de klimhulp kan groeien.
Opgelet: Voor het bevestigen van een klimhulp aan de voorgevel is altijd een omgevingsvergunning nodig. Neem dus eerst contact op met team Omgeving. - Klimplant planten: Zet de plant vooraf een half uurtje in een emmer water, maak de wortelkluit los en plaats de plant centraal in de plantzone. Ruimte rond de plant kan je vullen met kleine bodembedekkers. Bind de klimplant vast aan de klimhulp en geef de eerste dagen genoeg water.
- Soorten klimplanten: Een mooi effect krijg je bijvoorbeeld met klimop (Hedera helix), wilde hop (Humulus lupulus), wilde bosrank (Clematis vitalba), wilde kamperfoelie (Lonicera periclymenum) of egelantier (Rosa rubiginosa).
- Hou je het liever laag? Dan is blauwe druif (Muscari botryoides), prachtklokje (Campanula persicifolia), maarts viooltje (Viola odorata), grote kaardenbol (Dipsacus fullonum), echte valeriaan (Valeriana repens), gewone smeerwortel (Symphytum officinale) of gulden sleutelbloem (Primula veris) mogelijks iets voor jou.
Tips voor het onderhoud
- Een geveltuin blijft vaak droog omdat de gevel en de dakgoot het regenwater tegenhouden. Geef de planten daarom regelmatig water, zelfs wanneer het heeft geregend. Gebruik hiervoor zo veel mogelijk regenwater. Zo bespaar je meteen leidingwater.
- Planten putten de bodem uit. Breng daarom jaarlijks een laagje aan van twee centimeter compost. Het verrijkt de bodem met organisch materiaal, gaat verdamping tegen en beschermt de wortels tegen koude.
- Probeer de planten zoveel mogelijk hun natuurlijke gang te laten gaan. Vogels houden van dichte struiken en (nuttige) insecten overwinteren tussen dode blaadjes en takken. Opgelet: De voorwaarden in het reglement moeten wel worden nageleefd.
- Maak een klimplant regelmatig vast aan de klimhulp. Zo groeit hij beter.